Motor unit GVB 586 van the Electrische Museumtramlijn Amsterdam
In bruikleen van the Tramwegstichting werkgroep Amsterdam | |
---|---|
Name | Enkelgeleed motorrijtuig type 2G |
Traction | Elektrisch |
Manufacturer | Bak: Beijnes Draaistellen: Schindler AG, Pratteln Electrische installatie: SSW Nürnberg |
Type | 2G |
Year build | 1959 |
Gauge | 1435 mm |
Location | Amsterdam |
Ready for service? | nee, in revisie |
Weight | 21,50 ton |
Total length | 23,4 m |
Classification | Bo' 2' Bo' |
Power | 271 HP (199,2 kW) |
Max. speed | 50 km/h |
Traction details | 4 motoren van 50 kW =200 kW totaal. Schakeling door middelvan handwiel. |
Orig. owners | GVBA |
Historical numbers | 586,886 |
Diese Tekst ist leider nicht im Deutsch verfügbar
De Amsterdamse tram reed tot in de jaren '50 alleen nog met twee- en drie-assig materieel.
Gezien de toestand van het materieelpark stond de directie van het trambedrijf voor de keuze verbussen of moderniseren van het tramnet.
Omdat inmiddels in in Duitsland de ontwikkeling van gelede trams op gang was gekomen besloot de directie van het Gemeente Vervoer Bedrijf Amsterdam “voor proef” een bestelling van 25 stuks gelede trams te doen. Deze trams kregen de type aanduiding “1G” (Eerste serie Geleed) mee en kreeg de nummers 551 – 575. De trams werden in 1957 geleverd . Modern vormgegeven in de karakteristieke lichtgrijs-wit kleurencombinatie, voorzien van een schaarbeugel en een grote lijnnummerkast waar ook de lijnkleur in getoond werd waren het opvallende verschijningen op het Amsterdamse tramnet. Door hun motorvermogen konden zij ook ook goed meekomen in de toenemende verkeersdrukte.
De eerste wagen (551) kwam op 16 juni 1957 in dienst op lijn 1.
Deze trams bevielen goed en vielen bij personeel en de passagiers goed in de smaak. Reden voor de directie om een tweede serie (2G) van 50 stuks te plaatsen. En zoals het Amsterdammers betaamt hadden ze gelijk al een bijnaam, “Bolkoppen”.
Omdat inmiddels met de 551 een proefombouw tot dubbelgelede tram was uitgevoerd werd deze bestelling van 50 stuks om gezet in een bestelling van 12 stuks, genummerd 576 – 587, met type aanduiding “2G” en een bestelling van 33 stuks dubbelgelede trams, genummerd 602 – 634, met type aanduiding “3G” te plaatsen bij de firma Beijnes.
De 12 enkelgelede trams waren in principe gelijk aan de eerder geleverde 551 – 575, maar een paar kleine punten waren verbeterd. Zo waren de “stopknoppen” voor de passagiers tussen de ramen aangebracht in plaats van er boven en waren klapramen in plaats van schuiframen voor ventilatie toegepast.
De 586 werd in 1959 geleverd en bood plaats aan 40 zittende en 106 staande passagiers. Instappen kon men via de achterdeur op een groot balcon en langs de zittende conducteur kon men, uiteraard na betaling, verder in de wagen. Uitstappen gebeurde via de voor en middendeuren.
De zittende bestuurder bediende de tram met een “rijknuppel”. Deze rijknuppel bediende via een servomotor de hoofdstroomwals met 19 rijstanden en 14 remstanden. Vanaf 1973 werd deze rijknuppel vervangen door een gewoon schakelwiel wat de bestuurder een iets betere controle gaf over de tram.
In de jaren 1971-1972 werd de 586, evenals zijn seriegenoten, voorzien van een door Düwag gebouwd middendeel, raakte zijn rijknuppel kwijt maar kreeg daar het schakelwiel voor terug en werd tevens in de OV-geel kleur geschilderd. Na deze verbouwing kwam hij als 886 weer op straat.
Nu konden er 56 zittende en 160 staande passagiers vervoerd worden.
Vanaf 1974 werden nog profiellichten en knipperlichten op het front aangebracht en in 1976 werd de VETAG installatie aangebracht.
Tussen 1969 en 1971 werden alle gelede trams verbouwd tot “zelfbedieningswagens”. De conducteurscabine werd verwijderd en er werden stempelautomaten aangebracht. Aan de buitenzijde werd met rode kruisen en groene ballen aangegeven waar men wel en niet mocht instappen.
Vanaf 1990 werden de conducteurszetels weer aangebracht in verband met de herinvoering van de conducteur.
De 886 stond in september 1986 zijn middenbak af en die werd bij Hainje in Heerenveen verbouwd tot proef lagevloer bak. De 886 werd tijdelijk weer vernummerd in 586. Begin 1987 werd de lagevloer bak werd in de 586 gezet die daarmee weer 886 werd en de 886 verhuisde naar de remise lekstraat voor de dienst op lijn 12. Later volgden ook diensten op lijn 3 en 4. Na de proef werd op 12 juli 1990 de lage-vloer bak uitgenomen en de middenbak van de afgevoerde 885 geplaatst in de 886.
De 886 kreeg nog een schilderbeurt (rode deuren, witte GVB-logo's op de raampartijen) en werd na zijn buitendienststelling opnieuw de enkelgelede 586 door het uitnemen van de middenbak.
In 1995 werd hij teruggebouwd tot grijze conducteurstram, met behoud van zijn gangwiel. De profiellichten en knipperlichten aan de voorkant werden verwijderd. Bij een latere verbouwing kreeg de 586 weer klapramen aan de blinde zijde, het oude type ruitenwisser, zachte bankjes, korte deurleuningen, vierpoot stroomafnemer en de oorspronkelijke lijn- en richtingfilms.
De 586 stond na de ontruiming van de Remise Tollensstraat vanaf 2005 opgeslagen in een loods bij de EMA
De wagen is thans eigendom van de Tramweg Stichting en in bruikleen gegeven aan de EMA.
Op dit moment is de 586 in revisie en vermoedelijk in de tweede helft van 2014 gereed;
Data maintained by:
Henk Boshuyzen, email: hjj.boshuyzen(a)gmail.com
Please substitute (a) for @, this is an anti-spam measure